De Sint Hubertushond / Bloedhond

Rasbeschrijving, kenmerken, karakter, ziekten en gezondheid 

Geschiedenis en hun kwaliteiten

De Bloedhond / Sint-Hubertushond

De sint-hubertushond of bloedhond is groots in zijn fysiek, karakter én geschiedenis. Op het eerste zicht zou je hem als rustig en kalm kunnen omschrijven door zijn hangende oogleden en gerimpelde vel, maar deze statige viervoeter houdt van actief bewegen en hersenwerk. Het liefst werkt hij met zijn neus daarom is hij uitermate geschikt voor speurwerk, nazoekwerk of detectie! 

Door zijn zachtmoedige aard kan hij ook goed overweg met kinderen, echter kan hij door zijn enthousiasme en formaat wel te enthousiast zijn voor kleine kinderen. Hou er wel rekening mee dat deze prachtige dieren ruimte nodig hebben dus niet gelukkig worden van een leven op een appartement. 

Oorsprong en geschiedenis

De Sint-Hubertushond is een zeer oud hondenras. Begin 900 werden deze honden al raszuiver gefokt door monniken van de Sint-Hubertusabdij in de Belgische Ardennen. Vandaar ook de naam Sint-Hubertus. In de 8e eeuw na Christus waren deze honden exclusief beschikbaar voor de adel, die gingen jagen als hobby en daarbij gebruik maakten van de Sint-Hubertushond. Hij is en blijft echter nog steeds een uitzonderlijke jachthond en meer bepaald een speurhond om het geschoten wild op te sporen.

Oorsprong van zijn benamingen: Sint-Hubertushond / Bloedhond

De Sint-Hubertushond is vernoemd naar bisschop Hubertus van Luik volgens een legende een hele meute van deze honden zou hebben gehouden.

Oké, maar waar komt de naam bloedhond dan vandaan? 

Met de term ‘bloed’ wordt er verwezen naar zijn verleden als zweethond waarbij het dier geschoten prooidieren moest opsporen door spoor van bloeddruppels te volgen dat het aangeschoten dier achter laat terwijl het op de vlucht gaat. Het ras is dus absoluut niet ‘bloeddorstig’ maar is zachtaardig, vriendelijk en goed in zijn werk.

Fysieke kenmerken

Volgens de rasstandaard is de Sint-Hubertushond een edele en statige hond.

De losse huidplooien in het gezicht, de lange oren en de melancholische blik worden als zeer rastypisch beschouwd.

Zijn hoofd is lang en slank, met diepe oogkassen en een lange snuit.

De ogen zijn diepliggend, licht hoekig van vorm en hazelnoot- tot lichtbruin van kleur.

De oren zijn laag aangezet en zeer lang.

Zijn hals is lang, de rug sterk en de borst laaghangend en diep. De achterhand is licht gewelfd met een hoge staartaanzet.

De staart is dik, lang en heeft een duidelijke punt aan het einde. Hij wordt in een lichte boog gedragen maar krult nooit over de rug heen.

De haren zijn kort, hard, dicht en mooi bedekt over het hele lichaam. Nog korter en zachter op het hoofd en de oren. Iets langer aan de onderkant van de staart. Hij heeft een stugge korte vacht dat uit enkele kleuren mag bestaan. Witte aftekening op het voorhoofd, de borst en poten zijn toegestaan mits ze niet overheersend zijn.

Het ras heeft een typische donkere verkleuring bij de snuit, rond de ogen en aan de uiteinden van de oren.

De schofthoogte ligt tussen 64 en 72 cm voor reutjes en 58 tot 66 cm voor teefjes met een gewicht dat varieert van 46 tot 54 kg voor reutjes en 40 tot 48 kg voor teefjes.

Acceptabele kleuren

  • Black en tan: bij het zadelpatroon is de hond voornamelijk tankleurig, behalve op rug. Daar heeft hij een grote zwarte vlek. Bij het mantelpatroon is zwart de hoofdkleur. Enkel de poten en snuit zijn dan tan.

 

  • Liver en tan: ook bij dit kleurtype komen het zadel- en mantelpatroon voor. Het onderscheid is hier echter niet altijd duidelijk, waardoor een vermennging van de kleuren wel is toegelaten.

 

  • Rood: de enige, toegestane eenkleurigheid. Het rood kan variëren van licht tot intens. Ook bij Rood is een zwart masker toegestaan.

Levensverwachting en de meest voorkomende gezondheidsproblemen

De gemiddelde bloedhond wordt tussen de 8 en 10 jaar.

Dit is nog een over het algemeen genomen gezond ras maar zijn zeer gevoelig voor maagkanteling. Daarom adviseren wij ten alle tijden om hun eten te verdelen in 2 a 3 kleinere porties over de gehele dag en na het eten minimaal 1 à 1,5 uur verplichte rust in te lassen. 

Daarnaast komen onderstaande gezondheidsproblemen geregeld voor:

 

  • Elleboog- en heupdysplasie: een erfelijke, pijnlijke ontwikkelingsstoornis aan de elleboog of heup die vooral voor bij grote honden voorkomt.
 
  • Bij degeneratieve myelopathie wordt het ruggenmerg van aangetast waardoor een dronkenmansloopje ontstaat en later zelfs verlamming van de achterpoten. Gelukkig worden de ouderdieren er tegenwoordig door steeds meer fokkers getest op drager zijnde van DM.
 
  • Keratoconjunctivitis sicca (KCS): door gebrek aan traanvocht ontsteekt het hoornvlies en knippert de hond veel met de ogen.
 
  • Maagkanteling: deze aandoening komt voornamelijk voor bij grote honden met een diepe borstkas en is dodelijk bij 1 op de 3 gevallen. 
 
  • Huidplooidermatitis of intertrigo: de overtollige huidplooien van de bloedhond, die jammer genoeg voorgeschreven staan in zijn rasstandaard, kunnen makkelijk ontsteken.
 
  • Otitis externa: door de hangende oren van de bloedhond, hoopt er zich heel wat vuiligheid op in het buitenste gehoorkanaal waardoor chronische ontstekingen kunnen ontstaan. 
 
  • Patella luxatie: de knieschijf komt los te zitten van het gewricht, waardoor de hond kreupel loopt. 
 
  • Ooglidaandoeningen: bij cherry eye zwelt het derde ooglid op. Ectropion is een erfelijke stoornis waarbij de oogleden zich naar buiten draaien. Bij entropion draaien de oogleden zich naar binnen. In deze 3 gevallen wordt het hoornvlies aangetast en heeft de hond chronische irritaties.

BELANGRIJK: deze honden zijn heel gevoelig aan narcose! Als je dier om welke reden dan ook onder narcose moet, vraag dan te alle tijden om gasnarcose! Communiceer dit aub heel duidelijk met je dierenarts! Vooral een dierenarts die geen ervaring heeft met de Bloedhond heeft hier geen erg in! Deze honden overreageren heel makkelijk op gewone narcose met alle gevolgen vandien!

Karakter en opvoeding

De Sint-hubertushonden zijn zelfstandig denkende en werkende honden. Het zijn echte roedeldieren dus zijn ze van nature uit vriendelijk en sociaal maar! kunnen erg beschermend zijn naar hun eten en speelgoed, dit vooral ten opzichte van hun soortgenoten.

Ze zijn sensibel en gevoelig in de omgang maar door hun zelfstandige karakter ook koppig en eigenwijs. Ze zijn trouw aan hun baas en hun gezin, vertoeven heel graag in hun omgeving, houden van gezelligheid en plezier maken. 

Naar vreemden toe zijn ze eerder verlegen en bescheiden dan aggressief. Het zijn over het algemeen geen vocale dieren, maar laten zich wel horen als iets in hun omgeving bevindt wat ze eigenlijk niet zint. Ze hebben een prachtige en diepe stem, echt blaffen doen ze niet, ze loeien of howlen. 

Hij is een van de aangenaamste huisgenoten die je ooit zal hebben. Hij is trainbaar al blijft hij wel zijn eigenzinnige zelf dus zal je in veel tijd, geduld en lekkers moeten investeren wil je gehoorzaamheid trainen. Het zijn van nature uit zelfstandige werkers en geen will to please honden.  

Ze genieten van grote wandelingen maar zijn enhousiast, fanatiek en volgen out off the blue het een of andere geurspoor. Hierdoor trekken ze makkelijk aan de lijn en zijn ook nog ontzettend sterk.

Als de bloedhond een interessante geur oppikt, voelt hij sterkt de behoefte om de geur te volgen. Hij is dan erg gefocust en luistert slecht. Je kunt hem daarom beter niet los van de lijn laten lopen in gebieden die niet omheind zijn.

Bloedhonden zijn door hun sterke intuïtie erg gevoelig en sensibel.Geef dus geen overdreven strenge signalen maar behandel ze consequent en met respect,  zo wordt deze hond je beste maatje.
Ze houden van knuffelen en aandacht en komen het liefst gezellig bij je op de bank hangen. 

Mits voldoende beweging en mentale uitdaging kan je ze leren om een aantal uur alleen te zijn maar!!! als ze zich tijdens je afwezigheid gaan vervelen kunnen ze kattekwaad gaan uithalen zoals het aanrecht plunderen of de vuilbak leegmaken, ...

Verzorging en gezondheid

De huidplooien van de bloedhond moeten regelmatig worden schoongemaakt want anders zal dit jeuken en kan hij een droge en geïrriteerde huid krijgen. Tijdens de rui kan de bloedhond bovendien in hevige mate verharen, waardoor het belangrijk is om ‘m goed te borstelen. Sowieso zijn de oren van de bloedhond ook regelmatig na te kijken en moet er aandacht zijn voor zijn ogen en gebit.

De meest voorkomende (erfelijke) aandoeningen zijn:

* Degeneratieve Myelopathie (DM)

* Maagdilatatie-volvulus/maagtorsie (MDV)

* Heupdysplasie (HD)

* Elleboogdysplasie (ED)

* Entropion

* Ectropion

* Huidplooidermatitis

* Keratoconjunctivitis Sicca (KCS)

* Oorontsteking (otitis externa)

Voeding

Deze honden zijn van nature uit geen kieskeurige eters en lusten bijna alles wat je ze aanbied. Je vooral bij een pup en jonge bloedhond erop letten dat hij niet te snel groeit of teveel energie binnenkrijgt om te voorkomen dat hij op latere leeftijd gewrichtsproblemen krijgt. Dus let goed op dat hij/zij niet te rijke voeding krijgt, bij twijfel overleg even met ons of met je dierenarts.

Eenmaal volwassen zijn deze honden gevoelig voor overgewicht dus zorg voor voldoende beweging en voer ze niet teveel. Als het aan de bloedhond zelf ligt wil en kan hij de hele dag wel eten...

 BELANGRIJK: 

Aangezien de honden frequente en snelle eters zijn, moet men oppassen voor gastritis of maagkanteling bij de hond. Dit is onder meer te herkennen aan een opgeblazen buik, overdreven wisseling van houding, verhoogde polsslag, sterk speekselen en aanhoudend kokhalzen.

In dergelijke gevallen is het van essentieel belang om zo snel mogelijk naar de dierenarts te gaan!

U kunt trachten te voorkomen door geen grote porties per dag te voeren en de etensbakken niet te hoog te plaatsen om te voorkomen dat ze teveel lucht binnenkrijgen tijdens het eten.